NIAZ historie

De voorloper van het NIAZ, de Stichting Proefproject Accreditatie Ziekenhuizen (PACE), is in 1989 opgericht met het doel om in Nederland een toetsingsinstituut voor de gehele zorg voor te bereiden.

Ontstaan van het NIAZ

De International Health Development Foundation (IHDF) – een samenwerkingsverband van industrie, universiteiten en zorg – en acht ziekenhuizen (vier algemene en vier academische) namen het initiatief daartoe. Men besloot om in de eerste fase ook alleen met de ziekenhuizen te gaan beginnen. Immers: op dat moment sterkst georganiseerd, zelf nogal wat middelen beschikbaar, beperkt in aantal en gefocust qua aandacht. Een dergelijke projectmatige aanpak werd ook als veel kansrijker ingeschat dan de gebruikelijke ‘polderaanpak’, waarbij alle partijen over alle onderwerpen tegelijk overleggen.

 Inspiratie voor de ambitie van één instituut voor de zorg bood de Canadian Council on Health Services Accreditation (CCHSA) (nu geheten: Accreditation Canada), die voor PACE en later het NIAZ een belangrijk voorbeeld is gebleven. Deze instelling begon in Canada eind jaren vijftig van de vorige eeuw ook in de ziekenhuizen, breidde daarna geleidelijk aan uit naar andere sectoren en is inmiddels werkzaam voor de gehele zorg. Niet alleen de ontstaansgeschiedenis, ook de opzet van dit instituut sprak aan: borging gericht op verbetering. Belangrijke bouwstenen voor de realisering daarvan: zowel de normontwikkeling als de toetsing in één organisatorisch verband en gebruik maken van peer review: als auditor opgeleide zorgmedewerkers voeren de toetsing uit.

In de jaren negentig heeft PACE een grote hoeveelheid normenmateriaal voor ziekenhuisafdelingen en –processen ontwikkeld. Dit gebeurde grotendeels door de bijdrage van vele werkers uit de Nederlandse ziekenhuizen, die met kwaliteitsinstrumenten als procesanalyse en stroomdiagrammen het ziekenhuis in beeld brachten. TNO Leiden voorzag hen van projectondersteuning. Tevens werden in die jaren de eerste proefaccreditaties uitgevoerd. Van meet af aan zijn zowel managers als (medische) professionals bij alle activiteiten betrokken.

 Vanaf 1996 werd de oprichting van het huidige instituut NIAZ voorbereid, samen met NVZ vereniging van ziekenhuizen (NVZ), Vereniging van Academische Ziekenhuizen (nu: Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU)) en Landelijke Specialistenvereniging (nu: Orde van Medisch Specialisten (Orde)). In dat kader werd ook een overkoepelende norm voor de zorginstelling als geheel ontwikkeld. Het Nederlands Instituut voor Accreditatie van Ziekenhuizen (NIAZ) werd door deze vier organisaties op 22 december 1998 opgericht. Op 9 september 1999 verkreeg het eerste ziekenhuis (Academisch Ziekenhuis Maastricht) de NIAZ-accreditatie.

 Vanaf 1 januari 2003 is de bestuurlijke grondslag van het NIAZ verbreed: zorgaanbieders, professionals, verzekeraars en consumenten zijn vanaf dat moment in het bestuur (nu: de Raad van Commissarissen) van NIAZ gerepresenteerd.

 In 2004 werd de algemene kwaliteitsnorm voor de zorginstelling voor het eerste gereviseerd en toegesneden op het INK-model, de Nederlandse versie van het EFQM-model. Dit wordt in veel zorginstellingen gebruikt als instrument voor bestuur en verantwoording. In 2009 is deze norm ingrijpend gereviseerd en geüpdatet (Kwaliteitsnorm Zorginstelling 2.1), met verwerking van de bestaande afdelingsnormen en ter voorbereiding op accreditatie in andere zorgsectoren. De nieuwe norm heeft met het oog op de verdere ontwikkeling een Wikipedia-achtige opzet gekregen in de vorm van een (niet officieel tot de normtekst behorende) onderlaag van uitwerking en voorbeelden, good practices en wet- en regelgeving. Het NIAZ wil daarmee bevorderen dat de kwaliteitsnormering en –toetsing ‘eigendom’ wordt van de hele zorggemeenschap.

Het NIAZ beoogt een manier van toetsen die zo min mogelijk leidt tot zielloze bureaucratie, iets wat NIAZ’ waarneming ten aanzien van certificatie was en is. Uiteindelijk doel is borging en verbetering van de zorg, niet het op orde brengen van de boekenkast. Door jarenlang bouwen aan vertrouwensrelaties met belanghebbenden neemt in 2009 ruim 80 % van de Nederlandse ziekenhuizen deel aan het accreditatieprogramma. De vraag vanuit andere zorgsectoren is groeiend. En eind 2007 heeft het NIAZ het eerste ziekenhuis in Vlaanderen – het Virga Jesseziekenhuis in Hasselt – geaccrediteerd, het begin van een verwachte uitrol in de Belgische gezondheidszorg.

 In Nederland bestaan gewaardeerde relaties met strategische belanghebbenden. Met de marktleider voor verzekering van medisch aansprakelijkheid MediRisk (meer dan 70 % van de ziekenhuizen verzekerd) heeft het NIAZ een strategische alliantie, waarbij het audit-programma van het NIAZ door deze verzekeraar wordt geaccepteerd als toereikend voor de eigen systematische toetsing. Met de Inspectie voor de Gezondheidszorg werkt het NIAZ aan een uitlijning van de toetsingsmethodiek, opdat die voor het Staatstoezicht een adequate basis kan zijn waarop het zijn eigen toezicht kan funderen. Zo bestaat er al een werkafspraak over de toetsing van het zogeheten Veiligheidsmanagementsysteem (VMS). Verder werkt het NIAZ nu systematisch aan een verdere samenhang tussen het eigen toetsingsprogramma en de visitatieprogramma’s van de medisch specialisten.

 Het NIAZ is oorspronkelijk voortgekomen uit de ziekenhuisbranche (net als de buitenlandse zusterinstituten). Het bereidt momenteel ten behoeve van de sector langdurige zorg, in overleg met belanghebbenden uit die branche, een op die branche toegesneden toetsingsprogramma voor dat voor alle betrokkenen toegevoegde waarde heeft ten opzichte van de bestaande ‘keurmerken’. Het NIAZ heeft, gelet op al deze ontwikkelingen, de tiende verjaardag dan ook aangegrepen om het NIAZ (per 1 april 2009) formeel om te vormen tot het Nederlands Instituut voor Accreditatie in de Zorg.

 Het NIAZ maakt deel uit van de internationale gemeenschap van nationale toetsingsinstituten in de zorg, georganiseerd in het verband van de International Society for Quality in Healthcare (ISQua). NIAZ deelt daar de ervaringen met zusterinstituten in onder meer Australië, Canada, Frankrijk en de USA. Het NIAZ is inmiddels zelf als toetsingsinstituut met succes getoetst in het kader van het ISQua International Accreditation Program.

 Het NIAZ heeft als not for profit organisatie, met tijdelijke steun van de oprichtende organisaties, deze positie op eigen kracht opgebouwd. NIAZ heeft nimmer om structurele subsidie gevraagd omdat het NIAZ meent dat zoiets leidt tot een fout soort organisatie: een met geld en status als vertrekpunt in plaats van klantgerichtheid. Het NIAZ meent dat bekostiging door de markt zelf de beste test is voor de toegevoegde waarde van het instituut. En de beste waarborg voor daadwerkelijke onafhankelijkheid is.

Het NIAZ heeft daarbij altijd wel nadrukkelijk de filosofie van het publiek domein aangehangen, dat wil zeggen: alle materiaal van het NIAZ is gratis toegankelijk voor elke instelling en elke burger en vrijelijk te gebruiken voor elk redelijk doel. Dat draagt immers het beste bij aan het uiteindelijke doel: een betere gezondheidszorg.

 Voor een uitgebreidere geschiedschrijving van de begintijd van het NIAZ, download het boek van dr. Lisa Sillevis Smitt: Verantwoorden en Verbeteren.

 Dit document beschrijft de missie, visie en waarden van het NIAZ. Dit document is in 2015 nog steeds van toepassing.